Maranhão

Het laatste gedeelte van de EK2008 is een beetje aan ons voorbij gegaan.
Ook aan de meeste Brazilianen. Niet alleen omdat het in de middag werd uitgezonden en ze dan op hun werk zitten. Maar ook omdat het ze niet zo boeit. Brazilianen kijken heel anders naar voetbal dan Hollanders. Die willen een spannende pot zien met mooi voetbal. Brazilianen kijken nauwelijks naar de tv, ze wachten slechts op het doelpunt van hun team. Dan kunnen ze met z'n allen brullen. En ze worden daarbij opgezweept door de commentator die probeert de 20 seconden te halen met z'n goaaaaal. Overigens roept ie dat ook zo als de tegenstander scoort. Want Brazilianen willen ook graag hun teleurstelling samen dramatisch delen.
Affijn, terwijl de finale gespeeld werd zaten wij in Grover tijdens een trip naar de duinen van Lençois Maranhenses. Ze had moeite met het mulle poederzand en de diepe waterbaden. De boeggolf kwam regelmatig over de motorkap, zodat het water via de bovenste ventilatiegaten harder naar binnenkwam dan bij de deuren. Maar laat ik bij het begin beginnen.

Na een half jaar met lange dagen en dus te weinig slaap, en dat 6 dagen per week zodat er van leuke uitjes geen sprake kan zijn, vonden we het tijd voor een reisje.
En Mark deed mee. Hij had gelukkig niet bovenstaande argumenten, integendeel, maar de
conclusie luidde idem.
Al lang op ons verlanglijstje stond een bezoek aan de zandverstuivingen in de buurt van São Luis, in de deelstaat Maranhão.
Dat is een havenstadje 1600km ten noorden van Palmas. Het heeft een koloniaal verleden, is door Fransen gesticht, en zelfs door Hollanders bezet geweest.

Maranhao
(klik op de foto en vervolgens op "diavoorstelling")De reis moest worden uitgesteld omdat Grover nog altijd last bleek te hebben van slingerende voorwielen, zodra je boven de 80km/u over een hobbelige weg rijdt. Onderdelen laten opsturen en we waren weer een paar dagen kwijt. Bijna te laat om de beroemde junifeesten van het noorden mee te maken. Grover is tot op heden niet okee, maar we hebben het heen en terug gehaald.
Onze eerste tussenstop was het dorpje Presidente Kennedy. Daar woont veel familie en Claudia is er geboren. Mark was er nog niet geweest, dus deden we een rondje. Geen fotos gemaakt behalve op de chakara van nicht Sandra (bij de hangmat). Haar man probeert burgemeester te worden hier.
Overnacht bij tante Rica, moeder van halfzusjes en -broertjes van Claudia, en op weg naar volgende stop: Barra do Corda. Dit dorpje viel me helemaal mee. Het is gelegen in een steile vallei met een riviertje. Het is redelijk oud (1835), maar leeft volop. Claudia was er al eens geweest want haar tante woont er. We hebben rondgeslenterd en even buiten het stadje overnacht. Daar kregen we de lekkerste Carne de Sol die we ooit gehad hebben (filet in de zon gedroogd en dan boven een vuurtje grillen). Het was zachter dan malse biefstuk, met een knapperig randje. De moeite van het omrijden, dus wat mij betreft een ster.

Na een lange dag, en gedeeltelijk nog door indianenreservaten, komen we bij Sao Luis. Die indianen hebben geeist dat er een drempel op de weg komt bij elke hut. Wij zijn uit boosheid dus niet gestopt bij de hutjes langs de weg waar vrolijk handwerk verkocht werd. Nauwlijks een indiaan gezien trouwens.
In de buurt van de stad Sao Luis met 1 miljoen inwoners zijn grote overslaghavens. De omgeving van de stad is niet fraai. We besloten naar het gedeelte door te rijden waar de stranden zijn. Alles vol en duur. Dat verbaasde ons want deze uithoek is beslist niet de moeite van een bezoek waard. De stranden zijn saai, er zijn geen golven en het water is donker. Het deed ons helemaal aan een noordzeestrand denken (maar uiteraard wel 10graden lekkerder, palmbomen en met lekkere drankjes). Wel een hoogtepunt: 's avonds is het er erg gezellig langs de boulevard. De mooie en grote strandpaviljoens zijn druk en de live muziek is goed.
Geen fotos gemaakt. Wel een filmpje. Komt wellicht later.

We hebben veel fotos van ons bezoek aan het historische centrum. Het is de meest Portugese stad van Brazilie volgens de manual. Er zijn dan ook veel azulejos. Ik had gehoopt voor de bar nog leuke azulejos te kunnen kopen, maar niemand kon me helpen. We hebben zelfs geen artesanato gekocht. Zoals altijd in Brazilie is het handwerk niet echt verfijnd en meestal geheel onnutig. Wel heeft Mark een hangstoel gekocht. Een hangmat om in te zitten dus. Het ding staat in opgerolde versie op de foto terwijl Mark gevederd is in een VVV.

In Brazilië heb je het juni-feest (Festa Junina of São João). Dit zomerfeest wordt veel langer en massaler gevierd dan carnaval. Gebruikelijk is het thema dat je je verkleed als arme boerenjongen/meisje. Maar hier in het noorden hebben ze een variant, het Bumba-meu-boi feest. Met eigen muziek, zang en verkleedpartijen. En ik moet zeggen, die Bumba is geweldig. Het is heerlijke opzwepende muziek en de dans houdt het midden tussen een indiaanse regendans en Afrikaanse rituelen. Wellicht dat een filmpje een indruk kan geven. We waren onder de indruk. (oorspronkelijke filmpje is beter van kwaliteit, maar geluid niet. microfoon trok de hoeveelheid decibel niet)

We laten Sao Luis voor wat het is en hebben geen tijd voor een bezoek aan een ander historisch dorpje Alcantara. We gaan naar de duinen. De rit is meedogenloos. De weg is 200km recht en supereentonig. Niets en niemand te bekennen. We zijn dan ook stomverbaasd als het stadje Barreirinhas, dat aan het eind van deze weg ligt, meer dan 20.000 inwoners blijkt te hebben.
Vanaf dit dorpje gaan de routes naar de duinen. Gids mee, want die weet de weg en weet waar de bodem van de waterplassen te zacht is. Helaas hebben we van deze ritjes geen fotos of filmpjes. Blijkbaar waren mijn passagiers minstens zo gespannen als ik. Dat was enerzijds omdat we 10km lang de indruk hadden dat we in het mulle poederzand zouden blijven steken. En anderzijds omdat dit werd afgewisseld met waterplassen waar we door moesten (niet zo helder water als de plassen die op de fotos staan). Ongetwijfeld kan een Landrover met een snorkel door diep water, maar alles voelt ineens anders als je in het water in een voertuig zit, en dat geen boot is. De uitlaat gorgelt, Claudia roept dat onze bagage in de auto natwordt, de aandrijfriem van de stuurbekrachtiging glijdt door zodat mijn stuur loodzwaar wordt, een boeggolf komt tegen de voorruit, en ik stel me voor hoe het is als Grover vast komt te zitten of dat de motor afslaat.
Grover heeft haar mannetje gestaan en heeft ons probleemloos en redelijk droog door de plassen geholpen.
En ik weet nu dat je de banden heel erg moet laten leeglopen om door het mulle zand heen te komen. Want een heuvel lukte pas bij de derde poging.
Ik neem aan dat de fotos voldoende vertellen hoe mooi het is en hoe lekker het water.
We blijven enkele dagen in het dorpje waar nog meer Bumba is en 's avonds gezelligheid langs de rivier. We maken een dagtocht met een snelle boot naar de monding. Daar zijn nog meer zandheuvels, een strand, en een vuurtoren die we beklimmen. Hebben we toch nog even in de oceaan gezwommen.
Het is de ideale periode om hier te zijn. De regentijd is net voorbij en het water staat nog hoog. De vijvers in de duinen drogen uit in de zomer. Er zitten wel visjes en slakken in. Die overleven op een of andere manier in de klei.
Veel fauna hebben we niet gezien. Onderweg wel weer veel overreden dieren gezien. Vosjes, das-achtigen, miereneters, luiaards. In Brazilie moet je toch echt je best doen om levend wild en vogels te zien.

Op de terugreis nog even langs het aardige stadje Barra do Corda gereden. Claudia kocht een 50kg zak bonen voor de bar.
Onze overnachtingsplek was Carolina. Dit mooie stadje ligt aan de Tocantins rivier. Helaas weinig op internet over te vinden, en ik zal er iets meer aan wijden op mijn eigen site, die het slechts even vermeldt want het ligt in de deelstaat Maranhao. We bezochten er de beroemde (en voor indianen heilige) Pedra Caida waterval. Deze bulderende waterval heeft in het gesteente een konische vorm uitgesneden aan het eind van een smalle kloof. Je wandelt door de kloof door de rivier van mineraalwater dat overal uit de wanden sijpelt. De waterval zelf zie je ineens om een hoek. Horen en zien vergaat je. Als je naar bovenkijkt zie je de jungle zich bijna sluiten boven de 50m hoge kloof. Indrukwekkend. Ik heb geen goede fotos of films kunnen vinden op internet. Een paar fotos heb ik gevonden en op picasa erbij gezet. Het is gewoon te nat om te fotograferen.